Pietertje Puf

Dit is het verhaal van Pietertje Puf. Pietertje Puf was een dik jongetje. Zijn buikje leek op een meloen en zijn bolle wangetjes waren net rode appeltjes. Pietertje Puf had een heel klein neusje, dat dan weer wel. Dat neusje zag er een beetje uit als een aardbei. Het had ook een framboos kunnen zijn. Pietertje was niet alleen erg fruitig, maar zeker ook guitig. Hij heeft sproetjes en een kuiltje in zijn kin. Pietertje Puf was altijd vrolijk. Nou ja, bijna altijd.

Pietertje Puf vond de gymles op school niet leuk. Van Juf moest hij dan hardlopen. De andere kinderen ook. En al die andere kinderen konden dat heel snel. Veel sneller dan Pietertje Puf. Maar ja, die andere kinderen hadden geen buikje dat lijkt op een meloen. Pietertje pufte er altijd als laatste achteraan. Daarna ging hij altijd stil in een hoekje uitpuffen. Zijn guitige gezicht zag er dan bedroefd uit. Pietertje wilde niet altijd de laatste zijn. Eigenlijk wilde Pietertje nooit meer de laatste zijn.

Juf zag Pietertje zielig zitten. Juf werd er verdrietig van en bedach een plannetje. Samen met de rest van de klas wilde ze Pietertje helpen. En Pietertje mocht daar niets van merken. Ze sprak met de klas af, dat iedereen wat minder hard ging lopen. En bij elke keer moest Pietertje twee of drie kinderen inhalen. Dan kwam hij nooit meer als laatste aan. Juf hoopte dat Pietertje Puf dan wel plezier kreeg in hardlopen.

Zo gezegd zo gedaan. Bij elke gymles renden een paar kinderen langzamer dan Pietertje Puf. Pietertje dacht dat hij sneller kon lopen dan voorheen. Pietertje kreeg er plezier in. Pietertje ging echt sneller lopen. Elke keer een beetje sneller. Aan het einde van het schooljaar kwam Pietertje steeds als eerste aan. De andere kinderen konden hem niet meer bijhouden, hoe goed ze ook hun best deden.

Weet je hoe dat kwam? Ik zal het je vertellen. Pietertje kreeg zoveel plezier in het hardlopen, dat hij dat elke dag ging doen. Zodat hij bij elke gymles kon laten zien dat hij nooit meer als laatste aan kwam. En omdat Pietertje elke dag hard liep, veranderde hij beetje bij beetje. Aan het eind van het schooljaar leek zijn buikje niet meer op een meloen. Je moest zelfs heel goed kijken of hij nog wel een buikje had. Zijn bolle wangetjes waren ook weg. Ze hadden alleen nog maar de kleur van rode appeltjes.

Pages: 1 2